Geschiedenis
KILO D'OCHAIN 1955
VALSEUR D'OCHAIN 1964
DAFYDD D'OCHAIN 2005
EMPIRE D'OCHAIN 2006
NAYAKOU 2013
SINATRA 2018
In de loop der tijden: verschillende keuzes… één logica!
Vanaf de na-oorlogse periode was Achille Cassart één van de eerste veehouders die bij het WB-ras op conformatie en bespiering selecteerde.
Hij maakte deze keuze zelfs nog voor de techniek van de keizersnede op punt stond, en tegen het advies in van de toenmalige zoötechnische dienst. Artois, de vader van Valseur, werd op de keuring bijna geweigerd vanwege zijn overmaat aan schouderbespiering.
Deze selectie-strategie was een logisch gevolg van de marktontwikkeling van het vlees: de explosieve economische groei van de jaren 50, betekende eveneens een sterke stijging van de vraag naar edele stukken rundsvlees. De prijzen van de “paardebil“ kalveren rezen de pan uit toen de “biefstuk friet“ de nationale schotel werd !
In 1977 toen de dikbil in volle ontwikkeling was en de Europese markt rundsvlees tekort kwam, stelde Léo Cassart, in een artikel getiteld „In Ochain, wil men een meer bevleesde BWB“: „De selectie moet steunen op het kwalitatieve aspect (conformatie en karkasrendement) zonder echter de kwantitatieve aspecten te verwaarlozen (probleemloze opfok en groei)“.
Meer nog dan zijn vader Achille, werd Léo als een buitenbeentje onder de BWB-fokkers beschouwd. Ook nog, toen enkele jaren geleden, het BWB Herd-book, vooral onder impuls van zijn voorzitters Haufroid en Hocks, geprobeerd heeft om gelijksoortige ideeën te verdedigen.
Deze economische logica is de basis filosofie van FABROCA. Vandaag de dag zijn er nieuwe elementen die in acht moeten genomen worden
- de sterke opkomst en consumptie van de industriëel bereide kant-en-klare schotels;
- de toenemende concurrentie van Zuid-Amerika voor de edele stukken rundsvlees;
- de supermarkt als voornaamste afnemer en distributeur van rundsvlees;
- de industrialisering van de landbouw.
Deze elementen verklaren de daling van het prijsverschil tussen edele stukken en industrieel vlees . Daardoor wordt heden ten dage, de waarde van een slachtrund meer bepaald door zijn gewicht dan door zijn conformatie. In dit verband, stelt men vast dat bepaalde runderen van Franse origine duurder verkocht worden dan een super BWB-dikbil van dezelfde leeftijd!
Het is geen algemeenheid, maar het is hoog tijd om bij de selectie nadruk op de groeikracht en een probleemloze opfok te leggen. De fokkerijen en vetmestingsbedrijven van morgen zullen dergelijke omvang hebben, dat zij met runderen zonder weerstand en gebruiksgemak nog moeilijk te beheren zullen zijn.
Om dit doel te bereiken, stelt Fabroca u de grootste dikbilstieren van verschillende origines voor… en dit zonder beperking van ras..
Zoals U ziet, is er in 60 jaar, niets veranderd !
Tot uw dienst
Benoît Cassart,
Veehouder en zaakvoerder Fabroca.